Verdeling bezittingen
Aan het einde van de relatie bekijken jullie welke goederen van wie zijn en hoe de gezamenlijke bezittingen verdeeld worden. Goederen die van jullie privé zijn, blijven privé.
In sommige gevallen ontstaat discussie over de eigendomssituatie. Om dit te voorkomen, kun je een lijst aan de samenlevingsovereenkomst hechten. Hierop staan de zaken die van elke partner privé zijn en blijven. Je kunt ook gemeenschappelijke bezittingen op de lijst opnemen. Deze lijst dient als bewijs, waarmee je kunt aantonen welke goederen van jou persoonlijk zijn en welke gemeenschappelijk zijn. Dit bewijs kun je ook op andere manieren bereiken, bijvoorbeeld door een factuur met jouw naam erop. Indien je geen bewijs hebt en er is discussie over de eigendomssituatie, spreken partners meestal in de samenlevingsovereenkomst af dat het goed als gemeenschappelijk wordt gezien. De inboedel is doorgaans gezamenlijk eigendom en soms is ook de auto gezamenlijk.
Alle gezamenlijke goederen verdeel je bij het einde van het samenwonen. Vaak is in de samenlevingsovereenkomst een regeling opgenomen om de waarde van deze goederen te bepalen indien je er samen niet uitkomt. Als dit niet lukt, kan een deskundige de waarde bepalen en in het ergste geval buigt de kantonrechter zich hierover.
Verdeling van de woning
Voor de Verdeling van een gemeenschappelijke woning gelden een aantal specifieke regels. In principe hebben beide ex-partners evenveel recht om de woning toebedeeld te krijgen. Tenzij jullie iets anders hebben afgesproken, zijn er eigenlijk 3 mogelijkheden wat betreft het huis:
Geen van jullie wil in het huis blijven wonen; in dat geval zijn jullie verplicht om het huis samen te koop aan te bieden.
Een van jullie wil in het huis blijven wonen en de ander vindt dit prima; in dat geval moet de ene partner het aandeel in de overwaarde van de andere partner uitbetalen en zorgen dat de hypotheekschuld alleen op naam komt van de partner die in het huis blijft (ontslag uit de aansprakelijkheid voor de ander). Als er sprake was van Inbreng van eigen geld in de woning, moet deze ook worden afgewikkeld.
Jullie willen beiden in de woning blijven wonen; als jullie er onderling niet uitkomen, moet de kantonrechter beslissen wie van jullie in het huis mag blijven wonen. Hierbij worden alle belangen en feitelijke factoren (kinderen, huisdieren, werkplek etc.) meegewogen. Nadat besloten is wie in het huis mag blijven wonen, wordt ook gekeken hoe het financieel afgewikkeld moet worden.
De tekst hierboven geldt voor een gemeenschappelijke eigen woning. Als jullie in een huurwoning woonden, geldt eigenlijk hetzelfde. Als het contract op jullie beider naam staat, hebben jullie beide evenveel recht om in de woning te blijven wonen. In de praktijk moet gekeken worden of een van de partners de huur alleen kan dragen en of de verhuurder hiermee akkoord gaat. Komen jullie er onderling niet uit? Dan kunnen jullie bij de kantonrechter terecht.